Kamer van Koophandel: 100% Winterswijk

Winterswijk Business Special

Kamer van Koophandel Centraal Gelderland

100% Winterswijk

Tekst Ingrid Artz

De taken van de Kamer van Koophandel (KvK) zijn wetsuitvoering, voorlichting & registratie en stimulering van de regionale economie. Winterswijkse ondernemers kunnen hiervoor terecht bij de KvK Centraal Gelderland. “Het hoofdkantoor zit in Arnhem”, vertelt Johan de Boer, voorzitter van de Regiocommissie Achterhoek van de KvK en vice-voorzitter van de Kamer voor Centraal Gelderland. “Daarnaast hebben we vestigingen in Nijmegen, Ede en Doetinchem, want we willen dicht bij de ondernemers blijven.” Het beleid van de Kamer wordt bepaald door het Algemeen Bestuur dat wordt benoemd door VNO-NCW, MKB en de grote Werknemersorganisaties.

“Achterhoekse Ondernemers kunnen zich hier in Doetinchem inschrijven of een maatwerkgesprek aanvragen”, zegt Jürgen ten Have, regioadviseur Achterhoek. “In het kader van voorlichting bieden we bijvoorbeeld ook een juridisch spreekuur of accountantsspreekuur aan.” Hoewel hij formeel vanuit het hoofdkantoor werkt, is hij veelal op het kantoor in Doetinchem. “Je bent in mijn functie veel in het veld en je wilt korte lijnen in het gebied. Van hieruit zijn de contacten met Winterswijk goed, zowel met de ondernemersverenigingen als met de gemeente. We willen zorgen voor een goed ondernemersklimaat en om dat te bereiken heb je alle partijen nodig.”

Ondernemersfonds

Die uitstekende samenwerking heeft ondermeer geleid tot de Reclamebelasting en het Ondernemersfonds. Dat is het afgelopen jaar tot stand gekomen en houdt in dat ondernemers in het centrum van Winterswijk vanaf 2010 jaarlijks Reclamebelasting betalen aan de gemeente. Na aftrek van gemaakte kosten worden deze inkomsten in het Ondernemersfonds gestort. Ten Have: “Een ondernemersfonds is een fonds voor en door ondernemers. De Reclamebelasting wordt geheven binnen een bepaald gebied en is verplicht. Dat is via een gemeentelijke verordening vastgesteld. Het bedrag wat binnenkomt, gaat naar de stichting en die zorgt dat het geld beschikbaar komt voor evenementen, promotie van de stad en allerlei projecten, bijvoorbeeld op het gebied van veiligheid. Voorheen stonden de activiteiten vaak los van elkaar, maar als je ze met elkaar verbindt, kun je Winterswijk veel beter op de kaart zetten. Dat is de kracht van deze manier van samenwerken.”

Promotie

Stichting Winterswijk Promotie is opgericht door ondernemers en de gemeente. “In de volksmond wordt de stichting ook wel 100% Winterswijk genoemd”, vertelt Ten Have. “Dat is tevens de slogan van de promotiecampagne. Vaak zie je bij ondernemersfondsen dat zij een deel van de marketing voor een centrum op zich nemen. In Winterswijk is het zo geregeld dat deze marketing gedaan wordt door 100% Winterswijk. Daarvoor gaat een bijdrage vanuit het ondernemersfonds naar de stichting en zij promoten vervolgens Winterswijk naar buiten toe, waarbij ze zich ook op de Duitse markt richten.” Hij legt uit dat het Ondernemersfonds iets anders is dan de ondernemersvereniging, ABHCity. “Het fonds wordt bekostigd door ondernemers in het centrum, maar de ondernemersvereniging zelf is veel groter. Daarin zitten ook leden van buiten dat centrumgebied.” De Boer geeft aan dat er nog een onderscheid moet worden gemaakt. “We hebben ABHCity, met veelal detailhandelaren die in Winterswijk hun brood verdienen en die een link hebben met het MKB. Daarnaast is er een Industriële Kring in Winterswijk, dat is ook een vereniging, alleen dan voor de ondernemers die op een industrieterrein zitten en zij zijn weer verbonden aan VNO-NCW Achterhoek.”

Detailhandelsvisie

ABHCity is evenals Stichting Winterswijk Promotie één van de partijen die met de fondsgelden activiteiten organiseert. “De belangenbehartiging blijft bij ABHCity”, zegt Ten Have. “Wanneer je bijvoorbeeld met de gemeente aan tafel zit om een detailhandelsvisie te bespreken, dan zitten zij aan tafel en niet het Ondernemersfonds.” De detailhandelsvisie is een andere ontwikkeling in Winterswijk. “Deze is met name ingegeven door het feit dat er – met name aan de randen van het centrum - leegstand ontstaat. Vorig jaar is er een masterplan vastgesteld waarin de grote lijn is aangegeven. De visie is in wording en daarin gaat het er met name om hoe de verdere concentratie van het centrum wordt vormgegeven, hoe de routing zou moeten zijn, op welke plekken er trekkers zouden moeten zitten en hoe parkeerplaatsen zo optimaal mogelijk ingezet kunnen worden. Dat is een samenwerking tussen de ondernemersverenigingen, de gemeente en andere partijen. Wij zitten daar als Kamer ook aan tafel middels een adviseur.” De Boer vult aan: “Vanuit onze expertise en kennis kunnen we klankborden en we proberen zo gezamenlijk de kwaliteit van het onderzoek te waarborgen.” Ten Have: “Voor Winterswijk is de detailhandel een belangrijke economische factor. Het centrum heeft een regionale functie en ook een functie richting de Duitse markt. Het is daarom van groot belang om dat centrum levendig en aantrekkelijk te houden.”

Buitengebied

In het onderzoek wordt tevens de detailhandel buiten het centrum meegenomen, het gaat dan om de detailhandel op bedrijventerreinen en in het buitengebied. Voor het buitengebied is er een studie naar vrijkomende agrarische bebouwing. “Dat heeft te maken met het VAB-beleid”, licht Ten Have toe. “Wat daar speelt, is dat er nu en in de komende jaren steeds meer vrije agrarische bedrijven stoppen. De vraag is wat je daar dan kunt toelaten. Wij gaan daar samen met LTO Noord een onderzoek starten over de successen en faalfactoren van dat beleid. Het beleid is er sinds een aantal jaren op regionaal niveau, maar we hebben het gevoel dat er nog meer uit zou kunnen komen. De laatste jaren is het vooral gericht geweest op woningbouw, maar door de demografische ontwikkelingen is het goed om ook naar andere mogelijkheden te kijken. Dat gaan we het komende jaar oppakken.”

Grensoverschrijdend

Als het gaat om bedrijventerreinen, dan wordt er op dit moment gestuurd op het concentreren van bedrijventerreinen. Dat gebeurt volgens Ten Have vooral op twee regionale bedrijventerreinen, waarvan er een bij Wehl is voor het westelijke deel van de Achterhoek en een bij Groenlo voor het oostelijke deel, waartoe Winterswijk behoort. In Winterswijk wordt ook gesproken over een grensoverschrijdend bedrijventerrein aan de Duitse grens. De Boer juicht grensoverschrijdende initiatieven toe, maar plaatst daar meteen een kanttekening bij. “Als het gaat om het direct beschikbaar maken van een bepaalde ruimte voor bedrijven, dan zeg ik: ga eerst kijken hoeveel er beschikbaar is, hoeveel we nodig hebben en dan hoe we dat op een goede manier kunnen oplossen.” Hij geeft te kennen dat het mooi zou zijn als daar op regionaal niveau naar gekeken wordt, zoals dat ook bij de woningbouw is gedaan. “Daar hebben de overheden in de regio kritisch gekeken naar het aantal te bouwen woningen en toen hebben ze er gezamenlijk behoorlijk het mes in gezet. Dat vinden we als Kamer een enorme prestatie. Op het gebied van bedrijventerreinen wordt hier aan gewerkt, maar zijn we zo ver nog niet, we hopen dat wel te realiseren.”

Keurmerk

Vanuit het Ondernemersfonds wordt ook een bedrag beschikbaar gesteld voor het Keurmerk Veilig Ondernemen Winkelgebied (KVO-W). Ten Have: “Eigenlijk zijn het twee trajecten. Enerzijds heb je het KVO-B voor bedrijventerreinen, dat wordt inmiddels uitgevoerd, en anderzijds komt er nu ook een keurmerk voor het winkelgebied. In dat traject trekken gemeenten, brandweer, politie en ondernemers gezamenlijk op om het winkelgebied zo veilig mogelijk te maken. Het is een initiatief wat wij als Kamer graag ondersteunen en we brengen het ook vaak onder de aandacht, als zijnde een goede manier om de lijnen kort te houden en daarnaast om de criminaliteit op een zo goed mogelijke manier

onder controle krijgen. Dat zijn prachtige trajecten en het levert echt resultaat op.”

Bereikbaarheid

Ook Achterhoekbreed zijn er veel projecten, waaronder het bereikbaarheidproject lobby voor de tweede fase N18. De Boer merkt op dat VNO-NCW Achterhoek zich ten doel heeft gesteld om niet de N18 maar de A18 hier te krijgen. “Uiteindelijk willen we een A18. De bijdrage die de Kamer levert is dat wij bijvoorbeeld een verkeers- en vervoerspecialist hebben die zijn expertise kan leveren. Maar onze voorzitter is ook de voorzitter van de lobbystichting. Het geeft aan welke rol we kunnen spelen; aan de ene kant leveren wij deskundigheid en aan de andere kant proberen we partijen bij elkaar te brengen en, in dit geval, bij elkaar te houden. Zo hebben we bijvoorbeeld ook geholpen om parkmanagement op bedrijventerreinen van de grond te krijgen.”

Waar de KvK zich eveneens sterk voor maakt, is het verlichten van de administratieve lastendruk voor ondernemers. “Hier speelt het verminderen van de regelgeving. Daardoor gaat vaak enorm veel tijd verloren en daar is volgens ons nog een heleboel in te veranderen. Het gaat om een andere manier van denken die binnen de overheid zou moeten plaatsvinden. Er moet veel meer vanuit de ondernemer worden gedacht en minder vanuit de regelgeving zelf”, aldus Ten Have.

Signalen

De rol van de KvK bestaat er mede uit de problemen die gesignaleerd worden, samen met VNO-NCW en het MKB, aan de kaak te stellen, bijvoorbeeld in het Sociaal Economisch Overleg (SEO) Achterhoek. “Tevens willen we een praktisch instrument geven om zaken te verbeteren”, vult Ten Have aan. “Wij zijn voornemens om in 2011 in ieder geval in de Achterhoek, maar misschien ook Kamerbreed in Gelderland, bij ondernemers en gemeenten een werkwijzer te implementeren, het Bewijs van Goede Dienst.” Het is een instrument waarmee gemeenten de dienstverlening aan bedrijven gericht en merkbaar kunnen verbeteren. “We hebben in een aantal gemeenten al een pilotproject gedraaid en het is een mooi handvat om concreet afspraken te maken en het vervolgens ook te monitoren.” De Boer ervaart dat er in de Achterhoek al veel gedaan wordt. “Zo is ten aanzien van dit specifieke onderwerp op initiatief van het VNO-NCW een overleg tussen bedrijfsleven en gemeentesecretarissen gestart met als doel de service van de gemeenten te verbeteren. Het overleg tussen overheid en bedrijfsleven is hier goed en daar moeten we het maximale rendement uit zien te halen. Daar zijn we keihard mee bezig en landelijk gezien lopen we voorop.” Ten Have sluit zich daarbij aan: “Je merkt gewoon dat er in de Achterhoek op velerlei terreinen een goede samenwerking is.”

De KvK beschikt over veel kennis. “Die kennis moeten we op een goede manier naar buiten toe uitdragen”, vindt Ten Have. “Dat doen we soms door aanwezig te zijn en ons verhaal te vertellen, maar ook door middel van nieuwsbrieven, folders en adviesmateriaal. We willen kijken naar wat de ondernemer echt nodig heeft en dan heel gericht gaan informeren. Daarin willen we nog een extra slag gaan maken komend jaar.” De Boer voegt eraan toe: “Ons streven is om ervoor te zorgen dat de regionale economie in de Achterhoek een boost krijgt, zodat we hier met zijn allen op een goede manier kunnen leven. Daarvoor willen we onze diensten aanbieden aan VNO-NCW, MKB en andere organisaties. Het is veel beter om krachten te bundelen, dat is ons idee.”

oost-gelderland business | nummer 6 | januari 2011

Jürgen ten Have

oost-gelderland business | nummer 6 | januari 2011

Johan de Boer

COEN

De economische ontwikkeling in Centraal Gelderland heeft in het derde kwartaal van 2010 een haperend herstel laten zien. Uit de Conjunctuur Enquête Nederland (COEN) van de KvK blijkt dat dit herstel zich in het vierde kwartaal heeft doorgezet. Hier volgen enkele uitkomsten van deze enquête:

• 27,4% van de Achterhoekse bedrijven heeft de omzet zien stijgen en 17,2% heeft de omzet zien dalen,

• 35,5% verwacht volgend jaar een stijging van de omzet en slechts 8,6% verwacht een daling,

• 44,4% van de exporterende bedrijven verwacht meer af te zetten in het buitenland, terwijl 5,8% rekening houdt met een daling,

• 12,5% van de bedrijven heeft het personeelsbestand zien toenemen, bij 11% is een krimp te zien en bij het leeuwendeel (76,6%) is het aantal werknemers gelijk gebleven,

• 15,3% van de ondernemers is van mening dat het economische klimaat in het vierde kwartaal is verbeterd,

• het ondernemersvertrouwen voor het vierde kwartaal was in de vorige meting laag, maar de resultaten zijn beter dan verwacht,

• voor 2011 zijn de Achterhoekse ondernemers positief gestemd.

oost-gelderland business | nummer 6 | januari 2011